Dag 5, Lammshult

Dagje stationair draaien ter voorbereiding op de reis naar onze eindbestemming Västerås. Na keurig ontbijt (zowaar inbegrepen) hebben we ons in eerste instantie verpoosd met boekje, iPad en telefoongehang. Omdat niemand boven de vijftig dat de hele dag vol kan houden zijn we daarna afgereisd naar de dichtstbijzijnde stad van enige betekenis, Växjö. Aldaar hebben we het plaatselijke LPG-station bezocht (weer zo’n kutflessenautomaat) en daarna het Teleborg Slot. Dat bleek net zo fraai als op de plaatjes, maar gewoon in gebruik te zijn als hotel.

Cadillac in z’n natuurlijke habitat

Na dit spektakel zijn we doorgereden naar het alternatief voor de LPG voorziening in het iets verderop (50km…) gelegen Ljungby. Onderweg bleek dat al hoofdrekenend een redelijk zinloze reis te zijn, aangezien het verschil in prijs tussen LPG en benzine ongeveer overeen kwam met de kosten van het afleggen van deze afstand. Maar we waren er wel weer even lekker uit, zullen we maar denken. Het tankstation in Ljungby was van de inmiddels vertrouwde dubieuze kwaliteit. Men neme een afgekeurde container, proppe er zoveel mogelijk LPG in, en koop op märktplåts.se een afgekeurde afsluiter en telmechaniek. Zet daar een bij voorkeur niet-rokende werkstudent bij, et voilà.

In Nederland is die slang vier keer zo dik. Maar dat schijnt onzin te zijn.
Telmechaniek. Let ook op die briljante afsluiter rechts. Zelfs voor gebruik met de tuinslang niet toegestaan.

Na het tankspektakel konden we de reis terug aanvangen, waarbij ons eerste doel het Smålands bil- musik- och leksaksmuseum was. Kort samengevat draaide het in dit museum om auto’s, brommers, tractors, en verder alles wat zo ongeveer los en vast zat. Amusant om doorheen te lopen, en er zaten ook nog wat mooie Amerikanen bij. Niettemin viel de ongelooflijke hoeveelheid prullaria daarbij toch ook wel erg op. Gezamenlijke conclusie: De eigenaar is een hoarder die toevallig wat ruim in de opslagruimte zit.

1929 Packard

Na het museum zijn we teruggekoerst richting uitvalsbasis, maar niet voordat we de supermarkt (Tuc, roggebrood en kaas) en de plaatselijke pizzeria/kebab tent bezocht hadden. Bij de laatste hebben we als vroeg diner even twee pizza’s gegeten, zodat we vanavond niet tussen het gesteven tafellinnen hoeven te zitten. Het concept van deze nog jonge onderneming is duidelijk om de grens tussen de diverse culinaire streken dusdanig te laten vervagen dat er een geheel nieuw concept ontstaat. Het was voor ons in ieder geval de eerste keer dat vlees en knoflook op de pizza werd ingevuld door er kebab en een halve fles knoflooksaus op te kieperen. Vermoedelijk krijg je bij een broodje kebab hetzelfde gerecht, maar dan met de pizza dubbelgevouwen.

Onderweg overigens als voorproefje de eerste Amerikanen mogen bewonderen, dus dat belooft nog wat.

Nu rust, morgen het spektakel in Västerås!

Dag 4, Stege – Lammhult

Na een prima ontbijt hebben we afscheid genomen van ons licht cynische gastechtpaar. Na een lichte hapering (gas en benzine door elkaar is geen goed idee) konden we ons Landyacht koers laten zetten naar Zweden. De weersomstandigheden waren daarbij minder dan de afgelopen dagen, een graad of 16 met af en toe wat spetters. Niets ernstigs, en uiteindelijk juist wel prima weer om de circa 500km naar onze Zweedse bestemming af te leggen.

Onderweg niet overdreven veel spectaculairs te melden: Uiteraard werd het LPG-verbruik nauwgezet gemonitord zodat we pas in Malmö weer zouden hoeven te tanken. En we bereidden ons psychisch voor op The Bridge. Alhoewel we er al eens eerder overheen gereden zijn was dat voordat we deze legendarische Zweeds-Deense serie hadden gezien, en die maakt dat je deze brug toch met andere ogen bekijkt.

The Bridge. Editie 2019.

Eenmaal in Zweden kon de jacht op de broodnodige LPG beginnen. Daar zijn briljante apps voor, die echter weinig onderscheid maken tussen de diverse toepassingen van deze brandstof. Zo hebben we al eens eerder op een boerenerf, bij een camperdealer en bij een gasflesselarij gestaan. Ook dit keer ging het niet helemaal in één keer goed.

Fraaie gasflesautomaat. Met geen slang te bekennen.
Top tankstation. Bij de eerste officiële keuring ongetwijfeld meteen gesloten, want zelf de pomp handmatig aan- en uitschakelen is niet helemaal volgens het LPG-protocol volgens mij.

Onderweg in Zweden mooie natuur, en het is wat minder uitgestorven als Denemarken. Daar zagen we geeneens tankstations, laat staan een gelegenheid om wat te eten of te drinken.

Mooie natuur met fraaie luchten

Na nog een tussenstop voor de broodnodige LPG én benzine konden we geheel afgetankt de laatste kilometers naar Asa Herrgarden afleggen. Ook hiervoor geldt dat de achterliggende gedachte bij de keuze van deze verblijfplaats verloren is gegaan, maar het ligt mooi tussen The Bridge en ons einddoel Vasteras in. We verblijven in een chique-de-la-la etablissement in een keurige kamer.

Sinds 1793
Uitzicht vanuit de kamer

Onderweg werden we door de uitbaters nog gebeld of we hier ook wilden eten; Aangezien The Middle Of Nowhere de lading nauwelijks dekt hebben we daar heel enthousiast bevestigend op geantwoord. Niet wetende dat ze hier een ster ambiëren en de prijzen daar alvast op voorbereid lijken te hebben. Maar ’t was wel lekker. Morgen bezuinigingsronde.

Vooraf. Iets met aardpeer, viseitjes en nog wat onduidelijke zaken.
Hoofd. Mals vlees, aardappel, asperges, jonge worteltjes, erwtenpuree met basilicum. Denk ik.
Toetje. Dat vast niet zo genoemd mag worden. Hoogtepunt, met een keur aan smaken.

Nu rust met een kopje thee (bij de kamer, scheelt honderdtachtig euro). Tevens Google moment om voor morgen alvast een pizzeria te zoeken, alles tot 30 minuten rijden komt in aanmerking. Morgen nog geen dagprogramma, gaan we ook over nadenken!

Dag 1, 2 en 3

Zaterdag 29 juni, Amsterdam – Hamburg

In recordtempo de Caddy ingepakt. Een derde van de kofferbak wordt traditiegetrouw ingenomen door de LPG-tank. Vervolges nog één derde voor het reservewiel, gereedschap, onderdelen en een keur aan vloeistoffen. De laatste restjes zijn voor een grote koffer voor de reizigers en twee tassen. Meer dan voldoende, travelling light is ons nieuwe motto. Na nog even snel getankt te hebben (sowieso een activiteit die redelijk centraal staat tijdens het rijden met de Caddy) kunnen we op weg naar onze eerste stop: Meneer Sam. Er zijn twee knopen los van de bekleding, en aangezien Apeldoorn precies op de route ligt kunnen we die mooi even meepakken. Sam zelf staat ook op het punt van vertrek (Garbage Run met oude kever), maar we worden nog even prima geholpen.

Meneer Sam. Te Apeldoorn. Met glimmend in beeld de knopen waarvan het kale metaal zichtbaar is. Een doorn in het oog.

Na dit intermezzo zetten we koers naar Hamburg voor onze eerste tussenstop, in het saaie doch degelijke Steigenberger Treudelberg. Het is niet meer geheel duidelijk waarom dit hotel enkele maanden geleden geboekt is, maar vermoedelijk was het de locatie (mooie reisafstand voor de eerste dag), parkeergelegenheid (vrijwel zeker bekeken op Google Maps) en de aantrekkelijke weekendprijs voor een toch best luxe hotel. Onderweg zien we veel van Sam’s teammates voorbijkomen. De spelregels van de Garbage Run zijn simpel: Auto meer dan 15 jaar oud, maximaal €500, en vervolgens 2500km in vijf dagen rijden. Het merendeel van de deelnemers kiest hierbij lafjes voor een Volvo station, een enkeling waagt zich aan iets exotischers. De grootste durfal zagen we met een Citroen XM voorbijkomen, die zou je zelfs nieuw niet op zo’n reis mee durven nemen.

Het hotel blijkt een ballerig golfresort te zijn. De Bentley’s en Mercedessen struikelen over elkaar op de parkeerplaats, en het truttige gepeupel dat er uit gestapt is staat en zit voornamelijk interessant te doen naar elkaar. Wel hebben we een prima kamer. ’s Avonds komen we na een korte wandeling in het roemruchte Italiaanse restaurant Toscanello terecht voor een prima en zeker niet dure maaltijd. Als je de jengelende kinderen (moeder probeert ze tot bedaren te brengen terwijl vader extra wijn bestelt) even wegdenkt was het zeer aangenaam verpozen.

Dag 2, Hamburg – Stege

Na een wat onrustige nacht (vooral erg warm) ontbijten we voor tienduizend euro in het hotel. Dat zat dus niet bij de prijs inbegrepen. Omdat we maar een relatief bescheiden rit voor de boeg hebben gaan we eerst naar een favoriete attractie: Friedhof Ohlsdorf, de grootste niet-militaire begraafplaats ter wereld. En het moet gezegd, het is een prachtige begraafplaats. Denk aan een soort Central Park, maar dan met maar een paar bezoekers en hier en daar graven, priëlen, mausolea en kapellen. Een en al rust, en dus een geliefde plaats voor een wandeling of om gewoon een boekje te lezen. Helaas niet veel beroemdheden: Helmut Schmidt (ondanks kettingroken heel oud geworden), Hertz (die geen enkele nuttige toepassing zag voor de door hem ontdekte radiogolven) en als hoogtepunt James Last (200 miljoen platen verkocht en al het geld er in duizelingwekkend tempo doorheen gejast). Hier ook nog even naar het museum geweest waar een vrijwilliger zich opmaakte om alle ins- en outs van dit Friedhof met ons te delen. Het escape plan bleek niet nodig, want de man was zo kortademig dat-ie na vijf minuten uitverteld was en in recovery mode ging. Prima, want we moesten nog een paar honderd kilometer rijden.

Hamburg verlaten bleek nog niet zo eenvoudig: Noord Duitsland lijkt het episch centrum van de wegreparaties te zijn, want we hebben zeker anderhalf uur in de file gestaan. De Cadillac hield zich hierbij ondanks de temperatuur van meer dan dertig graden overigens prima. Vlak voor Puttgarden nog even de laatste LPG ingeslagen, aangezien daar in Denemarken niet of nauwelijks aan te komen is. Vervolgens konden we met onze ’s ochtends aangeschafte tickets snel de boot (annex varende vreetschuur) op. Aan boord konden we rustig op het buitendek van een zonnetje met stevige bries genieten, maar de echte durfals gebruiken deze overtocht natuurlijk om meteen na het per omroepinstallatie aangegeven startmoment voldoende alcohol in te slaan om tot half 2020 in comateuze toestand door te brengen.

Na de overtocht was het nog slechts een uurtje rijden naar onze bestemming op het eiland Møn, alwaar we bij Nederlandse Ik Vertrek Mensen een prima Bed and Breakfast geboekt hadden. Ook hier geldt dat een boeking in december maakt dat je geen idee meer hebt wat de overwegingen waren: Maar mijn eerdere bezoek (1978!) aan dit eiland heeft blijkbaar toch onbewust indruk gemaakt. Neem daarbij de hoge score op Booking.com en je bent nog maar een muisklik verwijderd van het boeken. We zijn te gast bij een vrolijk echtpaar die als kernactiviteit hebben om zo adrem mogelijk naar zowel elkaar als de gasten te zijn. Vermakelijk, maar het lijkt mij voor een heel seizoen toch een vrij vermoeiend concept. Maar de kamer is prima, de bedden zijn goed en de auto staat ruim, dus we zijn al snel tevreden.

’s Avonds eten het menu van de dag: de eerste gast die reserveert bepaalt wat alle andere gasten ook te eten krijgen. Topsysteem.

Dag 3 – Stationair in Stege

Na een prima nachtrust en ontbijt maken we ons op voor een dagje nietsdoen. Dat lukt de eerste twee uur heel aardig, maar dan besluiten we toch om de Caddy te starten en met de kap naar beneden (twintig graden en droog) naar de wereldberoemde krijtrotsen te rijden. Met daarbij gratis en voor niets Denemarkens langste trap om dezelfde krijtrotsen af te dalen.

Na dit spektakel hebben we verder het eiland verkend. Naar we nu kunnen constateren bestaat dit volledig uit kunstgaleriën, antiekwinkels en bed&breakfasts. In ieder geval hebben we in drie uur tijd geen supermarkt of café gezien.

Tussennoot: De Cadillac houdt zich tot dusverre goed. Uiteraard zijn er de nodige problemen, maar tot nu toe overkomelijk. Moeilijke warme start (startmotor of accu?), dashboardverlichting die het niet (meer) doet en verder als altijd zuipen als een tempelier.

Nu alsnog rust, straks diner (iets met portobello’s vooraf en daarna mixed grill, komt vast goed). Morgen via Kopenhagen (The Bridge!) naar Zweden, waarbij we tijdens de reis ons vooral bezig zullen moeten houden met het grote LPG vraagstuk.